Duizend jaar Europa IV (1650-1800)- september 2016

Algemene Geschiedenis (1650-1800)

Verslag 2e hoorcollege

Inleiding

Verslag 2e hoorcollege - Geschiedenis 2

Inleiding

In de 18e eeuw is Europa gefocusd op machtsevenwicht. Balance of power bracht vrijheid en vrijhandel. Vooral de Republiek hechtte hieraan grote waarde. Deze visie wordt tot in de 19e eeuw utgedragen. Ook in de 20e eeuw wordt getracht het machtsevenwicht te handhaven. Verstoring van BoP leidt in de 18e eeuw tot een aantal bloedige oorlogen: Oostenrijkse Successieoorlog (1740-1748) en de Zevenjarige oorlog(1756-1763) In 1775 breekt de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog uit. 1789 Begin van de Franse revolutie. Tweede kenmerk van de 18e eeuw is het interne beleid van heersers. Zij traden op als "verlichte despoten".

De Eeuw van de Rede

Het interne beleid van de heersers kwam erop neer dat ze hervormingen van bovenaf doorvoerden, die het welzijn van hun onderdanen moesten verbeteren. Het volk kreeg zelf geen inspraak. Bekende slogan:"Alles voor het volk, niets door het volk" Onder de burgers (mensen met een opleiding) gold het primaat van de rede. Door gebruik te maken van het intellect (de rede) was het mogelijk om de werkelijkheid te verklaren en te doorgronden. Dit is het denken van de Verlichting en de nadruk op het Rationalisme. De juiste manier van denken zette de poort open naar onbekende mogelijkheden. Oude principes werden opnieuw overdacht, omdat ze misvattingen waren, of berustten op onhandige methoden. Zo was de uitvindigng van het slingeruurwerk door Christiaan Huygens een enorme verbetering van de tijdmeting. De gaswetten van Boyle leidden tot de uitvinding van de stoommachine. Deze nieuwe wijze van denken werd onder de intelligentia en de goed opgeleide middenklassen populair. Verspreiding van nieuwe kennis in populair wetenschappelijke publicaties en boeken. De middenklasse werd gevormd door kooplieden en zelfstandige ambachtslieden. Europa was nog altijd hoofdzakelijk agrarisch georiënteerd. De meerderheid van de bevolking was analfabeet. Van de publicaties waren vooral de Dictionaires heel geliefd. Dit waren publicaties waarin de kennis alfabetisch werd gerangschikt, zodat de bezitter snel een onderwerp kon opzoeken. Een vroege samensteller van zo'n Dictionaire was de Franse filosoof Piere Bayle. Bayle was calvinist en ontvluchtte Frankrijk na de herroeping van het Edict van Nantes. Hij belandde in Rotterdam, waar Adriaen Paets hem benoemde tot hoogleraar aan de Ilustere School van Rotterdam. Bayle was geen strakke calvinist en stelde zich te weer tegen vastgeroeste denkbeelden op een breed front. Hij ondermijnde vaststaande denkbeelden. In de Dictionaire voorzag hij zijn artikelen van voetnoten waarin hij zijn bronnen vermeldde. In de voetnoten leverde hij kritiek op zijn bron. Ook werkte hij mee aan een populair-wetenschappelijk tijdschrift waarin ook recenties van publicaties werden besproken. Speelde ook een politieke rol, waarin hij maatschappij kritiek uitte om aan te geven hoe een samenleving zich hoort te bewegen. Naar hem is de Bayle-lezing genoemd die sinds 1990 in Rotterdam om het jaar  wordt gehouden.

Voltaire

Maatschappij kritiek was nog sterker bij Voltaire. Hij schreef tragedies, essays en andere filosofisch publicaties. Was de eerste die campagne voerde voor de slachtoffers van de aardbeving in Lissabon. Zijn bekendste werk is Candide. Hij maakte deel uit van een losse groepering van gelijkgestemden: les Philosophes. Dit waren maatschappij kritici die in een publiek debat een maatschappelijke boodschap uitdroegen. Het debat veroorzaakte politieke druk. Voltaire had veel contacten met Europese heersers. Frederik II de Grote van Pruisen en Catharine de Grote van Rusland zagen Voltaire als geestelijk vader.

Frederik II de Grote

Frederik de Grote, koning van Pruisen, was een verlicht despoot. Hij voerde hervormingen in van bovenaf. Voorstander van godsdienstvrijheid in zijn rijk: iedereen moet op zijn eigen manier zalig worden. Ook hief hij de censuur op. Dit was echter van korte duur. Frederik definieerde de belangen van zijn landen, die was vooral gericht op de macht van Pruisen. Om de macht te consolideren en uit te breiden voerde Frederik bloedige oorlogen, waarbij het hem lukt om Silezië te veroveren en te behouden. Machtsuitbreiding is een oud voorwendsel om oorlog te voeren. In tsaristisch Rusland sterft keizerin Elizabeth. Ze wordt opgevolgd door keizer Peter III. Is een bewonderaar van Frederik en sluit vrede. Frederik heeft daarna nooit meer oorlog gevoerd, maar de economische groei bevorderd.

Portugal

In Portugal worden de hervormingen volgens het gedachtegoed van de Verlichting doorgevoerd door Sebasticiao de Melo, markies van Pombal. Hij is minister-president tijdens de aardbeving van Lissabon. Neem de opbouw van de stad ter hand volgens rationele denkbeelden: rechte straten. Komt in conflict met de kerk, die de oude rechten wil handhaven. Oude gebruiken nog aanwezig in terechtstellingen. Schuldigen van een samenzwering tegen Pombal en het koningshuis op middeleeuwse wijze geëxecuteerd. Na de troonswisseling wordt Pombal ontslagen. Het gebruik van middeleeuwse executies: handen afhakken, ogen uitsteken, etc. voordat de veroordeelde uiteindelijk werd gedood, begonnen vragen op te roepen. Rationeel denken over het folteren van gevangenen en verminkingen bij openbare executies. Toch liet Lodewijk XV een verwarde man, na een aanslag, op middeleeuwse wijze doden.

Denemarken

In Denemarken is het een arts: Joseph Struensee, die zich opwerkt in de politiek en uiteindelijk het bestuur van het land bepaald. Ook hij voert in Denemarken hervormingen door die gebaseerd zijn op de zienswijze van de Verlichting en het Rationalisme.

Oostenrijk

In Oostenrijk wil keizer Joseph een eenheid in wetgeving doorvoeren. Dit resulteert in de landen van de Habsburgse monarchie tot opstanden. Behoud van oude rechten en privileges, o.a. in de Zuidelijke Nederlanden. Conservatieve krachten verzetten zich tegen de herveormingsdrang van de keizer. Keizer Leopold trok de hervormingsdecreten van Joseph in. Zuidelijke Nederlanden vallen weer onder de Oostenrijkse Habsburgers. Deze Brabantse Revoutie laat zien dat er volksinvloed ontstond op het beleid van de machthebbers.

De invloed van de nieuwe ideeën

De uitdragen van de nieuwe filosofische ideeën en de volksinvloed kunnen worden gezien als een eerste vorm van westerse democratie. Veranderingen en nieuwe zienswijzen vielen niet altijd goed. Zo heeft Voltaire in ballingschap in Engeland gewoond, nadat hij door middel van een 'lettre de cachet' gevangen was gezet in de Bastille. Een andere prominente gevangene van de Bastille was Markies de Sade. Hij maakte deel uit van een circuit van rationalistische auteurs, die met hun boeken de zelfkant van de maatschappelijke tolerantie opzochten. Hun publicaties waren pornografisch. Deze boeken hebben een ondermijnend karakter, omdat ook de geestelijkheid erin wordt beticht van excessief seksueel gedrag. De 18e eeuw was een periode van losse zeden. De boeken van De Sade bevatten veel discussies op filosofisch terrein, maar daarnaast ook veel martelingen. Dit was de 'ware vrijheid': doen wat je emotities je ingeven. Laat je je beperken door normen en waarden, ben je scrupuleus en verdien je het om te worden onderdrukt. De Sade herhaalt dit standpunt steeds in zijn boeken. Tot de val van de Bastille wordt De Sade gevangen gehouden. Tijdens de revolutie sluit hij zich aan bij de Jacobijnen. Hij wordt opnieuw opgepakt en opgesloten in het gekkenhuis van Charenton. Zijn werken zijn van grote invloed geweest op de Franse intelligentia. De Sade's werken werden, met illustraties gedrukt in Amsterdam, maar ook in Neuchatel in Zwitserland. In Frankrijk werden publicaties onderworpen aan censuur. Dit waren filosofen die door de koning waren ingehuurd, o.a. Voltaire en Rousseau.

Engeland

De Engelse koning vormde een regering. Zijn ministers waren leden van het parlement en het Hogerhuis. Verantwoording aan het parlement. Samensteling van het parlement volgens middeleeuwse regels. Districten vaardigden 1of 2 afgevaardigden af, maar deze waren niet representatief. Verschillende politieke groeperingen: WHIGGS - liberalen die de Glorious Revoution steunden. Aristocraten en adel TORIES - vraagtekens bij de Glorious Revolution. INTERESTS - vertegenwoordigers van deelgebieden, zowel Whiggs als Tories. Deze groeperingen groeiden in de 19e eeuw uit tot het huidige systeem. Het was verboden om in publicaties uitspraken van parlementsleden te citeren. In 1730 begon the Gentleman's Magazine dit verbod te omzeilen, door fictie verhalen van het parlement van Lilliput uit te geven. Sprekers waren herkenbaar. In 1771 ontwikkelde zich een parlementaire pers. Engeland is wel beïnvloed door de Verlichting, maar er ontstond een ander rationalisme. Ook een rol voor de godsdienst: een goede, genadige God en een meer vrijzinnig christendom, zoals in de Republiek en bij Franse, meer libertijnse, kardinalen, die beeldenverering toestonden en pelgrimstochten. Ook in de dertien Engelse koloniën in Noord-Amerika heerst deze vorm van vrijzinnig denken. Het Britse gezag werd uitgeoefend door een gouverneur. Parlementarisme zoals in Engeland met invloed op het bestuur. In de koloniën geen adel. Iedereen is gelijk. Slavernij is in strijd met het rationalisme (gelijkheidsbeginsel) en de goede God, dus is slavernij uit den boze. De Zevenjarige Oorlog van 1763 is de eerste wereldoorlog. Er zijn ook oorlogshandelingen in Noord-Amerika en India. In India wordt Engeland dominant,  in Noord-Amerika verovert Engeland Canada op Frankrijk. De oorlog is voor Engeland een financiële uitputtingsslag. Zij voeren een belasting in met zegelrecht. Dit roept weerstand op in de koloniën. Britse parlement niet competent in de koloniën. "no taxation, without representation" uitspraak van Benjamin Franklin. Dit protest is de eerste keer, dat burgers eisen om bij het bestuur betrokken te worden. Vertegenwoordiger is Edmund Burke. Publieke intellectueel. Behoorde tot de Whiggs. Bij belastingheffen moet de burger kunnen meepraten. Dit moest ook het geval zijn voor de koloniën. Een MP die met zijn libertijnse gedachten een schandaal veroorzaakte was John Wilkes. Hij schreef een artikel in de North-Briton, een radicaal nieuwblad, waarin het parlement belachelijk maakte en kritiek uitte op een toespraak van koning George III. Hij werd uit het parlement gezet, maar dat leidde tot een opstandje van zijn aanhangers in Londen. Zijn strijd voor de vrijheid van meningsuiting had de slogan 'Wilkes and Liberty'. Wilkes was o.a. lid van de Hellfire club opgericht door Sir Francis Dashwood en berucht om de uiting van libertijnse ideeën. Toch leidt dit niet tot radicalisme. Het Engelse parlement zijn beleid van belastingheffing voort en legt accijnzen op op thee. Dit leidt in 1775 tot de Boston Tea Party. De koloniën komen in opstand. Edmund Burke schaart zich aan de zijde van de opstandelingen. De publicist Thomas Paine schrijft in een pamflet Common Sense, dat de opstandelingen zich terecht onafhankelijk hebben verklaard, omdat ze onrechtmatig belastingen kregen opgelegd. De revolutionaire koloniën zien het als hun goed recht om door te gaan.

Amerikaanse revolutie

De revolutie slaagde. De 13 koloniën verklaarden zich onafhankelijk en stichtten de Verenigde Staten van Noord-Amerika. Het is de eerste staat waar de bevolking zich laat vertegenwoordigen door een gekozen Congres en een gekozen president. Iedere staat vaardigt 2 senatoren af en representatives op basis van het aantal inwoners van een staat. Voor de zuidelijke staten met veel slaven werd een compromis gesloten de slaven: de slavenbevolking  telde voor 2/3 mee. De opstandige koloniën kregen de steun van Europese mogendheden. In Europa is een klassieke oorlog binnen het principe van machtsevenwicht. Frankrijk steunt de V.S tegen Engeland. In de Republiek is de V.S. en de opstand populair onder de patriotten die verandering wilden binnen de staatsinrichting van de Republiek. Zij verspreidden hun ideeëen via pamfletten en publicaties. Dit veranderde na de Pruisische invasie van 1787. Veel patriotten vluchtten naar Frankrijk. De Pruisische koning Frederik Wilhelm II liet in Berlijn de oude stadpoort vervangen door de bekende Brandenburger Tor, als herinnering aan de overwinning op de Republiek. Al in 1780 hadden de regenten van Amsterdam een geheim verdrag gesloten met de V.S. De tekst lekte uit naar Engeland. Dit leidde tot de Vierde Engelse Zeeoorlog. De Republiek erkende de V.S. John Adams was de eerste ambassadeur in ons land.

Franse Revolutie.

Rond 1789 was er in Frankrijk onvrede over het financieringstekort. Het bestuursapparaat werkte zeer on efficiënt. De minister van financiën Necker moest met leningen bij banken, o.a. in Amsterdam, de staatskas aanvullen. Normaal gesproken riep de koning de Staten-Generaal bijeen in geval van een tekort in de schatkist. Door middel van 'bedes' werd de staatskas weer aangevuld. In 1614 was dit voor het laatst gebeurd. De Staten-Generaal lijken op het Engelse parlement. Er zijn drie standen met elk één stem: adel, geestelijkheid en de zogenaamde 3e stand uit de gegoede burgerij. De Franse intelligentia is enthousiast over het bijeenroepen van de Staten-Generaal. Zij brengen de grieven van de lokale bevolking ter sprake on zogenaamde cahiers de doleance. Door de adel en de geestelijkheid weggestemd. Sommige edelen en geestelijken sluiten zich bij de detde stand aan, omdat de werkwijze binnen de Staten-Generaal niet meer van die tijd is. Dan komt alles in een stroomversnelling. In Parijs wordt de Bastille bestormd. Op het platteland ontstaat angst onder de adel, als opstandige boeren de kasteeltjes aamvalen. De derde stand vergadert alleen en vaardigt een grondwet uit: de adellijke voorrechten worden afgeschaft, er komt een verklaring van de rechten van de mens te vergelijken met de Bill of Rights. Frankrijk beleeft een constitutionele revolutie. De revolutie rolt voort. De koning tracht te vluchten om vanuit het buitenland de oude situatie te herstellen. Wordt herkend en teruggevoerd naar Parijs en onthoofd. De revolutie ontaardt in een Schrikbewind. De Franse omwenteling is niet te vergelijken met de revolutie in Amerika.

Rousseau

Vooral beroemd om zijn vele essays. Stelde dat de beschaving het nobele en edele van de nauurstaat had aangetast. De vrijheid was verloren door de inrichting van de samenleving met algemene wil. Het Sociale Contract.

Montesquieu. 

Publiceert over de verdeling van de machten: Trias Politica; de rechterlijke, de wetgevende en de uitvoerende macht. Deze verdeling van machten is in de V.S. ingevoerd. Vergelijking tussen Franrijk en V.S. Frankrijk kent burgers. De Franse Republiek is gebaseerd op vrijheid, gelijkheid en broederschap. De ideale burger is kritisch ingesteld. De staat is vrij van godsdienst: laïcité. Onderwijs via openbare scholen zonder confessionele inslag. Deze krijgen subsidie van de overheid. Priesters moeten verklaren dat de republiek, de staat, bepaald wat de vrijheid van de burgers inhoudt. Dit principe leidt in de 19e en 20e eeuw tot ideologieën die de bevolking onderdrukken. In de V.S. geeft de Bill of Rights het vrijheidsbeginsel aan: ik wil mijn leven inrichten, zoals ik dat wil en niemand heeft daarmee iets te maken. Dit principe gaat samen met godsdienst.

Visie op de gebeurtenissen van de Franse Revolutie

Vanuit het buitenland keken voor- en tegenstanders naar de gebeurtenissen in Frankrijk. Talloze publicatie waren daarvan het gevolg. 
In Engeland schreef Edmund Burke in 1790 een pamflet: Reflections on the Revolution. Hierin stelde hij dat er geen vrijheid kan zijn, als deze vrijheid gebaseerd is op gewoonten. Alleen opnieuw beginnen een Tabula Rasa zou echte vrijheid schenken. Hij zag dat de totale zege werd geleid door de macht van het getal. Daardoor werden de idealen van de Revolutie kapotgemaakt. Burke is een vertegenwoordiger van het politieke conservatisme. 
Op het werk van Burke kwam een reactie geschreven door Thomas Paine. Paine was enthousiast over de Rechten van de Mens. Hij schreef daarover een tweedelig boek. Zijn werk kan worden gezien als de basis van de verzorgingsstaat. 

18e eeuwse opvattingen

De opvattingen die in de Verlichting werden ontwikkeld waren in de volgende eeuwen van invloed op: 
  • het conservatisme
  • het liberalisme
  • de totalitaire dictatuur.

Schrijvers over deze periode:

Simon Schama: Citizens en Patriots and Liberators
Robert Darnton: verschillende werken