Colloquium Kunstgeschiedenis - Semester 1
26 september 2011

Verslag 2e hoorcollege
Pre-Griekse beschavingen

Minoïsche en Myceense Kunst

In de eerste bijeenkomst is Egypte behandeld, omdat in de Griekse Kunst overeenkomsten zijn aan te wijzen met de Egyptische Kunst. Kunsthistorici denken dat er uitwisseling is geweest tussen de Egyptische en Griekse cultuur o.a. door middel van handelsbetrekkingen.
Vanaf 800 v. Chr. wordt er gesproken van de Griekse beschaving. Daarvan zijn bronnen bekend, o.a. via de Romeinen veel geschreven teksten.
Er is weinig bekend van de periode voor 800 v. Chr. Alleen Cycladische, Minoïsche, en Myceense cultuur.

Cycladische cultuur
slechts kleine beeldjes van mensfiguren misschien goden – votief beeldjes
rond 2000 v. Chr.
Minoïsche cultuur
op Kreta, daarom ook Kretenzische cultuur genoemd vindplaatsen Knossos, Phaistos en Malia
2000 – 1400 v. Chr.
Myceense cultuur
op de Peloponnesos – vaste land van Griekenland rond de stad Mycene
1600 – 1100 v. Chr.
Kaart van de oude beschavingen rond de Egeïsche Zee
bron: latinlibrary
Cycladische idolen gevonden op de
Cycladische Eilanden
bron: leonard rutgers

Minoïsche cultuur

Indeling Minoïsche cultuur
bron: onbekend

Beschaving uit de Bronstijd van Kreta die bloeide rond 3000 v. Chr. tot ongeveer 1100 v. Chr. De naam is afgeleid van de Minos, wat een koninklijk titel is, of de naam van een specifieke vorst van Kreta die een plaats had in de Griekse legenden.
Kreta werd in de Bronstijd de belangrijkste plaats in het gebied rond de Egeïsche Zee en was het eerste centrum van hoge beschaving in dit gebied. Deze beschaving bereikte haar hoogtepunt rond 1600 v. Chr. en de late 15e eeuw v. Chr.
De Minoïsche cultuur is befaamd door haar grote steden en paleizen, haar uitgebreide handel in de Levant en daarbuiten en het gebruik van schrift(Linear B), een voorloper van het Grieks.
De hoogwaardige kunstuitingen omvatte zegels, keramiek(speciaal het beroemde Kamares aardewerk met zijn licht-op-donker stijl van decoratie) en elegante en verfijnde fresco’s die op de paleismuren zijn gevonden. Deze fresco’s tonen zowel wereldlijk als religieuze scenes, zoals magische tuinen, apen, wilde geiten en elegant geklede godinnen die mogelijk verwijzen naar de matriarchale Minoïsche religie. De bekendste motieven van Minoïsche Kunst zijn de slang, symbool van de godin en de stier. Het ritueel van het stierspringen is gevonden op vazen en fresco’s en lijkt een religieuze achtergrond te hebben.
Rond 1580 v. Chr. begon de Minoïsche cultuur zich te verspreiden op de naburige eilanden en het vasteland van Griekenland. Minoïsche cultuurinvloeden zijn te vinden in de Myceense cultuur op het vasteland die rond 1500 v. Chr. op in het Egeïsch gebied begon op te komen.
In het midden van de 15e eeuw v. Chr. werd de paleiscultuur van Kreta verwoest door overvallers van het vasteland, waarschijnlijk vanuit Mycene. Zij vestigden een nieuw bewind op Kreta met centra in Knossos en Phaistos. Door de verovering kwam er een mooie vermenging van Kretenzische en Myceense cultuur.

De Laat-Minoïsche periode

De Laat-Minoïsche periode (1400-1100 v. Chr.) was echter een periode die gemarkeerd werd door economisch en artistiek verval. Rond 1100 v. Chr. zijn bovengenoemde culturen ingestort en verdwenen. Oorzaak niet aan te geven; kan door natuurramp komen (aardbeving, vulkaanuitbarsting) of door oorlogen en volksverhuizingen. Niets is met zekerheid bekend.

Legende van Koning Minos

Roodfigurige vaas – 5e eeuw v.Chr.
Voorstelling Zeus verleidt Europa
bron: Pieter Steinz
Zwartfigurige vaas = 8e eeuw v. Chr.
Voorstelling Theseus verslaat de Minotaurus
bron: Learning History

In de Griekse mythologie spelen goden en godinnen een prominente rol. Belangrijkste god is Zeus die getrouwd is met Hera. Zeus neemt regelmatig andere gedaanten aan om jonge maagden te verleiden. Op een dag ontmoette hij in de gedaante van een stier de mooie Europa. In haar onschuld klom ze op zijn rug en Zeus ontvoerde haar naar Kreta, waar hij o.a. een zoon Minos bij haar verwekte. Minos werd koning van Kreta en werd een legendarische figuur in de Griekse legenden.

Een van de legenden vertelt het verhaal van het koningschap van Minos. De zeegod Poseidon had hem geholpen en eiste van Minos dat hij een stier zou offeren, die hij hem zou sturen. Minos hield echter de stier zelf en offerde een andere stier uit zijn eigen kudde. Poseidon was hierover zo kwaad dat hij de vrouw van Minos liet paren met de stier. Zij baarde de Minotaurus: een wezen half mens, half stier. Deze Minotaurus leefde van mensenoffers. Om zijn zoon geheim te houden, liet Minos een labyrint bouwen. Ieder jaar werden er jonge maagden en jongelingen geofferd aan de Minotaurus. Tot Theseus kwam. Ariadne, de dochter van koning Minos werd verliefd op hem. Ze gaf hem een kluwen touw die hij kon gebruiken om zijn weg in het labyrint te markeren. Theseus vindt de Minotaurus en verslaat hem. Het touw van Ariadne helpt hem om veilig de uitgang van het labyrint te vinden. Samen met Ariadne vlucht Theseus.

Deze verhalen worden vaak afgebeeld op vazen in de Griekse kunst. Grieken gebruiken geen contemporaine afbeeldingen, maar beelden mythologische verhalen en gebeurtenissen uit het verleden af.

Rol van de archeologie

Luchtfoto van paleiscomplex van Knossos
bron: onbekend

Archeologie en kunstgeschiedenis zijn relatief jonge wetenschappen. Archeologie in het begin gericht op opgraven – conserveren – tentoonstellen in musea.

Bekende amateurarcheoloog is Schliemann – opgravingen rond Troje en Mycene. Meende dat de verhalen van Homerus: Ilias en Odyssee werkelijk hadden plaatsgevonden.
Rond 1900 is Sir Arthur Evans op Kreta opgravingen gaan doen. Hij ontdekte het paleiscomplex van Knossos. Voor 1900 had men geen idee van het bestaan van de Minoïsche cultuur. De vondsten kunnen een inspiratie zijn geweest voor de verhalen rond koning Minos en de Minotaurus.
Evans vond meerdere beschavingslagen op elkaar. Bovenop een verwoest paleiscomplex werd een nieuw complex gebouwd. Samenleving moet een aantal eeuwen hebben bestaan. Er is een abrupt einde aan de Minoïsche beschaving gekomen. Dit kan door invallen van de Myceners en/of door verwoesting van het complex door branden.

Reconstructie van het paleis van Knossos door Evans

Evans reconstrueerde een deel van de paleisgebouwen op Knossos. Gebruikte hiervoor beton en moderne materialen. Tegenwoordige Knossos is een reconstructie. Gevonden artefacten te zien in het museum in Heraklion.
De Minoïsche samenleving was een open samenleving. De gebouwen kenden geen deuren, er zijn geen stadsmuren en –grachten gevonden en ook geen wapens. Waarschijnlijk is het een handelssamenleving geweest. Vanuit de stad lopen aangelegde wegen naar kustplaatsen. Minoïsche cultuur kan worden gezien als heel vredelievend, totdat de Myceners langs kwamen.
Hoe de samenleving is geweest, is niet te achterhalen. Interpretatie van de archeologische vondsten is afhankelijk van de tijd waarin de opgravingen worden gedaan. Toekomstige opgravingen kunnen oude theorieën achterhalen. Reconstructies zijn daarom niet authentiek.
Voorbeeld: ·Reconstructie van de Minoïsche Zuil (smal aan de basis, breed van boven, daarop een kussen als afdekking) Evans heeft reconstructies gemaakt van deze zuilen, maar er is geen enkele zuil gevonden. Huidige archeologen huldigen de opvatting, dat de zuilen mogelijk van hout zijn geweest, misschien zelfs omgekeerde bomen. De kussenvormige afdeksteen zou de wortels kunnen zijn.

Daarna het brede gedeelte van de boom net boven de wortel, dat smaller wordt bij de kroon van de boom.
Naast de Minoïsche zuil worden lijststructuren gevonden in de vorm van stierenhoorntjes. De stier is in de Minoïsche cultuur waarschijnlijk een symbool van macht, mannelijkheid, mogelijk een vruchtbaarheidssymbool. Minoïsche cultuur kende mogelijk een natuurreligie.

Heilige Horens” – Knossos (reconstructie in beton)
bron: onbekend

De zogenaamde Heilige Hoorns in Knossos zijn een reconstructie door Evans.
Evans heeft zijn reconstructies van kleuren voorzien. Aan de hand van pigmentschilfers op de vondsten is te achterhalen welke kleurpigmenten er zijn gebruikt. Alle gebouwen en zuilen waren gepolychromeerd (Rood, zwart, blauw, geel)

Reconstructie tekening van paleis van
Knossos met lijstversiering in de vorm van horentjes
bron: google
Reconstructie van het paleiscomplex in Knossos
bron: Steden tips
Maquette – reconstructie van het
paleiscomplex in Knossos
bron: onbekend

Stierspringen en haardracht

Reconstructie van de spelen met
stierspringen in het paleis van Knossos
bron: blogspot
Stierspringen fresco 1500-1450 v.Chr. 120x66 cm
reconstructie in situ. Heraklion
bron: Art History Resources

We kennen deze kleuren ook van de fresco’s die zijn gevonden. Voorstelling van de fresco’s o.a. het stierspringen – acrobatische toeren op de rug van een rennende stier. Werd zowel door vrouwen als mannen gedaan. Ook de fresco’s zijn gereconstrueerd, ongeveer 1/3 van de afbeelding is origineel.

Dat er contacten zijn geweest met Egypte is o.a. te zien aan de huidskleur van de figuren: mannen zijn donker en vrouwen zijn blank. Deze kleurstellingen zijn via handelscontacten door de Grieken overgenomen.

Minoïsche haardracht.
Lang haar in krullen en vlechtjes
met op het voorhoofd klein krulletjes
bron: Sacred Destinations

Belangrijk kenmerk van de Minoïsche cultuur zijn de lange vlechtjes als haardracht met op het voorhoofd kleine zwarte krulletjes.

Beeldje van een stierspringer – 1500 v. Chr.
Ivoor, bladgoud en brons. Heraklion
bron: wikimedia
Beeldje van een stierspringer – 1500 v. Chr.
Ivoor, bladgoud en brons. Heraklion
bron: wikimedia

Diverse opgravingen en reconstructies

Koninklijke weg.
“Oudste straatje in Europa” 3500 v.Chr.
bron: inactieve website
Ingang van Koninklijk graf met Minoïsche zuilen
bron: inactive website

Pitoi en andere vazen

Pithois – voorraadkruiken met bandversiering
bron: wikimedia
Voorraad en opslag in kruiken en ingegraven amfora
bron: wikimedia

Evans heeft ook opslagkruiken opgegraven. Sommige ingegraven in de grond. Zogenaamde PITOI gebruikt voor goederenopslag. Bandversieringen.
Vondst van kruiken ook belangrijk als bron om iets te weten te komen over schilderkunst. Echte schilderijen niet overgeleverd.

Bandversiering op de kruiken
bron: fine art america
Aardewerken kruiken uit de Oude Paleistijd
bron: wikimedia
Snavelbekkruik 1800 v.Chr. - Phaistos
bron: wikimedia
Kan met plantenmotieven
Nieuwe Paleistijd 1530-1500 v. Chr.
bron: art history resources

Op de vazen natuurlijke figuren in geabstraheerde vorm o.a. visjes en guirlandes en herhaalde motieven met bladeren of bloemen

Amfora met octopussen ca. 1450 v. Chr.
bron: Archeologisch Museum - Heraklion
Achterzijde kruik met octopussen
bron: Archeologisch Museum - Heraklion
Kruik met dubbele bijlen – 1400 v.Chr.
bron: venice clay artists
Dubbele bijl (labrys) als sierspelden
bron: wikimedia

Labrys – dubbele bijl in keramiek en in reliëf op vloeren. Echte bijlen zijn niet gevonden, wel zijn er dubbele bijlen gevonden als sierspelden.

“Oogstvaas” – Haghia Triada – 11e eeuw
bron: ancient eu
Oogstvaas – Haghia Triada (detail)
bron: venice clay artists

Figuren met bovenlichaam en face en gezicht en profiel (Egyptische invloeden) vieren van het oogstfeest

Beeldhouwkunst, fresco's en sierraden

Lierspeler met dansers
bron: shelton berkeley edu
Lierspeler, klein beeldje 7 ½ cm
hoofd met opgelegde bolle ogen arm voor de borst langs
bron: lessingimages (watermarks)

In de beeldhouwkunst vinden we beeldjes van klei en van brons. Kenmerkend is de smalle taille met riem en breed bovenlichaam.

Gewapende man (aan de riem lijkt iets
te hangen dat lijkt op het gevest
van een dolk in aanbidding – 1450 v. Chr.
bron: art history resources
Jongeman in aanbidding, (rechts) beeldje in brons 1500 v. Chr.
bron: wikimedia

Beeldjes zijn gevonden in de natuur buiten het paleiscomplex. Mogelijk zijn ze niet Minoïsche, maar meegebracht uit een andere cultuur, waarmee contacten bestonden.

Oppassen voor interpretatie vanuit onze 21e visie. Er kan verschil zijn in betekenis van gebaren van 3000 jaar geleden. Bekijk vondsten in hun context: tijd en plaats.

Slangengodin – geglazuurd keramiek
bron: s-media-cache
Slangengodin – ivoor met goud.(chryselefantine)
bron: brooklyn museum

Kreta kende geen eigen grondstoffen als goud en ivoor. Deze werden ingevoerd o.a. vanuit Egypte. Veel keramieken beeldjes van “slangengodinnen” – vrouwenfiguurtjes met slangetjes in hun handen. Ongeveer 15 cm hoog. Mogelijk afgodsbeeldjes – een aardgodin. Ook deze gevonden in de natuur buiten het paleiscomplex. De beeldjes zijn gemaakt om frontaal te bekijken: smalle taille, brede heupen en blote borsten of doorzichtige kleding die de borsten tonen.

Stenen sarcofaag – Haghia Triada (voorzijde)
beschilderd kalksteen 137 cm.
Spiralen als versiering.
Voorstelling mogelijk een offerfeest.
bron: wikimedia
Stenen sarcofaag – Haghia Triada (achterzijde)
beschilderd kalksteen 137 cm.
Achterzijde
bron: wikimedia
“La Parisienne” – 1500-1400 v. Chr.
Keurige dame met make up, fijne kleding en mooie haardracht
brom: universiteit van valencia
Danseres – Fresco in de zaal van koningin
15 e eeuw
bron: ancient greece
Reconstructie van de megaron van de koningin.
Kopie in situ.
Zeestijl: Dolfijnen, zee-egels en visjes,
alle muren gedecoreerd.
bron: wikimedia
Muurschildering met patrijzen.
Gevonden in de herberg van het paleis.
bron: history wiz
Troon van koning Minos – Ergonomisch gevormde zetel
bron: wikimedia

De "troon van koning Minos" heeft een zetel die ergonomisch gevormd is. De troon is van albast en dateert van 1200 v.Chr. Het is niet bekend of dit echt door de Minoïers is gemaakt. Rond 1400 v.Chr. komen ook de Myceners naar Kreta. Mogelijk hebben zij deze troon gebouwd. Op de muur naast de troon staan mythologische figuren: griffioenen.

Prins met de lelie – gerestaureerd
15e eeuw –
Let op de Minoïsche riem rond het middel
bron: flickr
Jonge vrouw – fresco – eiland Thera
bron: grinnell edu

Ook op het eiland Thera (Santorini) zijn fresco's gevonden die duidelijk beïnvloed zijn door de Minoïsche cultuur.

>
Gevonden sieraden – goud kwam uit Egypte
grafvondsten – hanger met bijtjes
bron: wikimedia
Halskettingen van goud en edelstenen. Gouden stierenkopje en katachtigen
bron: wikimedia

Myceense cultuur

Myceense cultuur kent een overlappingsperiode met de Minoïsche cultuur. Myceense cultuur komt op rond 1600 v. Chr. rond de stad Mycene. Ook hier is Schliemann de archeoloog die de opgravingen heeft geleid in de jaren 60 en 70 van 19e eeuw. Opgravingen rond de Myceense burcht. Delen daarvan waren zichtbaar o.a. de Leeuwenpoort.

Burcht met Leeuwenpoort

Leeuwenpoort in de burcht van Mycene
bron: wikimedia

De burcht ligt op de top van een heuvel. Aan een kant een ravijn aan de landzijde een zeer hoge muur. Vroeger dacht men dat de muur door reuzen was gemaakt, vandaar de naam: Cyclopische Muren. De stenen voor de muren en de poort zijn koud gestapeld.
De poort straalt macht en vijandigheid uit. Andere cultuur dan de Minoïsche. De Minoïsche cultuur bleek ook niet te zijn opgewassen tegen de vijandelijkheden van de Myceners.

Sluitsteen van de Leeuwenpoort
Twee leeuwen flankeren een Minoïsche Zuil
smal van onder, breed van boven
met een kussenkapiteel
bron: wikimedia

Latei waarop de sluitsteen rust is 2 ton massief gesteente. Driehoekige sluitsteen dient om de neerwaartse kracht van de latei te ontlasten.

Burcht van Mycene

Myceense burcht in de huidige staat
laat fundamenten zien van woningen en graven
bron: wikimedia
Luchtfoto van de burcht van Mycene
bron: greek landscapes
Grafcirkel A – groepsgraf
met luxe objecten. Waarschijnlijk de koninklijke familie
bron: wikimedia

Masker van "Agamemnon"

"Gouden masker van Agamemnon" 1560 v. Chr.
bron: wikimedia

Schlieman groeft in bij Mycene dit gouden masker op. Volgens hem was het het dodenmasker van Agamemnon. De Trojaanse oorlog vond - volgens Homerus - op een veel eerder tijdstip plaats. Ook diverse andere vondsten van Schlieman werden door hem toegeschreven aan de Griekse mythologie o.a. van het huis van Atreus.

"Schatkamer van Atreus"

Grafheuvel (tholos) bij de burcht van Mycene
1250-1200 v. Chr. “Schatkamer van Atreus.”
bron: wikimedia
Binnenzijde van de tholos
bron: news momondo

THOLOS – koepelvormig bouwsel van stenen, overdekt met een aarden heuvel. De toegangsweg was niet overdekt. Deze grafheuvel is onbeschadigd gevonden.

Tekening met de doorsnede van een tholos
bron: etc usf edu

Grafvondsten in Mycene

Reliëf met strijdscène of wagenmenner
grafheuvel A.
Onduidelijk is, of de wagenmenner
het dier dood of de mens die
daarvoor is afgebeeld
bron: wikimedia
Kop van een Myceense strijder – ivoor
13e eeuw v. Chr. Let op de wat bolle ogen
bron: unc edu
Diverse dolken – brons met goud.
Zwaardscheden. Voorstelling laat beweging en interactie zien. – 8e eeuw v. Chr.
bron: arel arte

In de grafheuvel werd diverse grafvondsten ontdekt die een beeld geven van de rijke Myceense cultuur

Soldatenkrater – kruik met een bolle buik
met een open bovenkant
bron: wim muis

Dit soort kraters waren niet geschikt voor opslag van goederen, maar voor direct gebruik in het dagelijks leven. Op de kruik staan waarschijnlijk soldaten in een Myceense wapenuitrusting afgebeeld.

Leeuwenkop rython – drinkbeker 20 cm - grafcirkel A
bron: wikimedia

Een rython is een drinkbeker die voor plengoffers bij begrafenissen werd gebruikt. De leeuw is het symbool van de Myceense beschaving. Er leefden leeuwen op het vasteland van Griekenland.