Twee Steden: Rome en Constantinopel - 24 november 2014

Verslag 2e hoorcollege - Twee steden

Keizers na Augustus

Onder Trajanus beleefde het Romeinse Rijk zijn grootste roem en omvang. Rome's faam bleef onder zijn opvolgers - Hadrianus, Antonius Pius en Marcus Aurelius - bekend. Niet alle keizers waren even goede leiders.

Munt met afbeelding van keizer Marcus Aurelius

Marcus Aurelius was een stoïcijns heerser, die zich niet door zijn emoties liet leiden. In het Grieks wordt dit apatheia genoemd. Marcus Aurelius schreef ook in het Grieks.
Commodus - zijn zoon en opvolger - was een woeste figuur, die geliefd was bij het volk, omdat hij als gladiator optrad in het Colosseum. Na 193 kwam de stad in een neerwaartse spiraal terecht door de chaos en burgeroorlog. De grenzen van het Rijk kwamen steeds meer onder druk te staan door de volkeren die binnenvielen. Onder Septimius Serverus was de rust weer enigszins hersteld, maar toen zijn beide zoons  - Caracalla en Gaeta - aan het bewind kwamen ontstonden er weer oproeren. Caracalla had de steun van het leger; Gaeta was de kandidaat van de Senatoren. Caracalla doodde Gaeta en werd alleenheerser. De laatste keizer van de Serverus dynastie was Alexander Serverus. Daarna kwamen er een hele rij zogenaamde soldatenkeizers die veelal slechts kort regeerden. Deze keizers hadden de steun van het leger dat de grenzen moest bewaken. Velen kwamen van de Balkan en presenteerden zich aan de Senaat als nieuwe keizer.

Munt met afbeelding van Maximinius Thrax

Onder Maximinius Thrax (de Thraciër) was het langs de grenzen rustig, maar eind 2e eeuw werd het onrustig door oprukkende volkeren uit Mongolië. Problemen met de soldaten ontstonden door slechte bevoorrading en het niet betalen van soldij. Tussen 235-284 zijn er 25 keizers en tegenkeizers.

Het was niet zo dat het hele Romeinse Rijk in die periode in verval is. Vooral aan de noordelijke grenzen was de toestand in de provincies penibel. Noord-Afrika en het Klein-Azië waren nog steeds zeer welvarende delen van het Rijk. Daar heerste geen onrust.

Rome onder keizer Aurelianus

Kaart met de oude (rode lijn) en nieuwe muren (zwarte lijn) rond Rome
Munt met afbeelding van keizer Aurelianus

Rond 270 werd Aurelianus keizer. Om Rome te beveiligen tegen Gallische invallen liet hij een muur om de stad bouwen. Deze muur van Aurelianus bestaat nog steeds. Het is mogelijk om een wandeling op en rond de oude muren van Rome te maken en zo een indruk te krijgen van het werk dat Aurelianus liet uitvoeren om het oude centrum van Rome te beschermen.

De oude muur was gebouwd onder een van de koningen van Rome. Daarvan is slechts een kleine stukje bij het centraal station van Rome over. De muur die Aurelianus liet bouwen omvatte niet alle wijken van Rome. De wijken die er buiten vielen waren eigenlijk als deel van de stad opgegeven. (boek blz. 62)

Poort in de muur van Aurelianus
Het deel binnen de muren omvatte het oude centrum en de er omheen liggende wijken. Het inwonertal van Rome was door de uitbraken van de pest onder Marcus Aurelius fors teruggelopen, Aurelianus wilde met de bouw van muur bewerkstelligen, dat Rome nog steeds gezien kon worden als het glorierijke middelpunt van het Rijk.

Muren van Aurelianus

De Tetrarchie

Keizer Diocletianus verdeelde het Rijk in een westelijk en een oostelijk helft. Hij was een generaal uit Dalmatië en vond dat het besturen van het Rijk te complex was geworden. Er was sprake van geldontwaarding; de munten waren niet langer van edelmetaal, maar slechts voorzien van een laagje goud of zilver. Hierdoor ontstond er ruilhandel, met als gevolg dat bewoners de steden verlieten en zich weer op het platteland vestigden. Daardoor liepen de belastingopbrengsten in de steden steeds verder terug. Diocletianus gaf de christenen de schuld van de teruggang en de geringe belastingopbrengsten. Hij staat ook bekend als de keizer onder wiens regering de christenvervolgingen de grootste omvang hadden. (boek blz. 55)

Munt met afbeelding van keizer Diocletianus
Munt met de afbeelding van keizer Maximinianus

Om het Rijk beter bestuurbaar te maken, verdeelde Diocletianus het Rijk in een westelijk en een oostelijk deel. De scheiding van het Rijk liep langs de taalgrens. In het westen werd Latijn gesproken; in het oosten Grieks met de lokale dialecten. Voor het westelijk deel werd zijn generaal Maximianus keizer. Zijn bestuurszetel werd Mediolanum (Milaan. Diocletianus bestuurde vanuit Nicomedia het oostelijk deel van het Rijk. Zij namen de titel van Augustus aan en werden aangeduid als de Augusti.

Munt met Ceasar Galerius
Munt met Ceasar Constantinus I Chlorus

In 293 benoemden Diocletianus en Maximinianus twee onderkeizers (Ceasares) om de continuering van het bestuur voor de toekomst veilig te stellen. De onderkeizer in het westelijk deel was Constantius I Chlorus en zijn hoofdstad was Trier. Galerius bestuurde vanuit Thessalonica onder Diocletianus. De Augusti en de Ceasares werden de tetrarchen genoemd.

Verdeling van het Romeinse Rijk in een westelijk en een oostelijk deel
De Vier Tetrarchen in Venetië

Door de nieuwe hoofdsteden als zetels van de tetrarchen verloor Rome zijn status als middelpunt en hoofdstad van het Rijk. Rome werd een stad van de verbeelding. Op papier was het nog steeds een belangrijk centrum, maar de uitspraak: 'Rome is, waar de keizer is.' duidde erop dat de nieuwe hoofdsteden de nieuwe machtscentra werden.

In Venetië is nog een beeld van de vier eerste tetrarchen te vinden. Dit beeld is door kruisvaarders in 1204 vanuit Constantinopel als oorlogbuit naar Venetië gebracht.

Constantijn

Beeld van Constantijn de Grote

Constantijn was de zoon van Constantinus I Chlorus en Helena. We kennen zijn gelaat van het enorme hoofd dat op de binnenplaats van de Capitolijnse Musea staat.

Het leger riep hem uit tot Ceasar van Brittannië en Gallië. Dit ging echter in tegen de officiële benoeming van Severus tot nieuw Ceasar van zijn vader Constantinus. Ook de zoon van Maximianus Maxentius werd gepasseerd. In het oostelijk deel werd Maximinus Daia de toekomstige opvolger van Galerius. In 306 stierf Constantinus I Chlorius. Constantijn claimde de titel van Augustus, maar in Rome werd Maxentius door het volk tot keizer uitgeroepen. Maxentius was populair bij het volk van Rome o.a. vanwege de verbeterde voedselvoorziening en de nieuwe bouwwerken die hij liet uitvoeren. (boek blz. 58)

Constantijn die in Augusta Trevorum (Trier) verbleef mobiliseerde een troepenmacht en trok naar het zuiden. In 312 was hij Rome tot bij de Milvische Brug genaderd. Daar stonden de legers van Constantijn en Maxentius tegenover elkaar.

Milvische Brug
Droom van Constantijn vóór de Slag bij de Milvische Brug

Het verhaal gaat dat Constantijn in de nacht voorafgaande aan de veldslag een visioen kreeg. Een engel zei hem dat hij op de schilden van zijn soldaten het Chi-Ro teken moest schilderen. Als hij dat deed, zou hij de overwinning behalen. Constantijn volgde de raad op en overwon; Maxentius sneuvelde op het slagveld. Dit verhaal is overgeleverd door Eusebius die het leven van Constantijn heeft beschreven. (boek blz.59)

Basilica Nova - de basiliek van Maxentius en Constantijn

Constantijn trok Rome binnen als de nieuwe Augustus. Om de sympathie van het volk te winnen liet hij de bouwwerken waaraan Maxentius was begonnen verder voltooien. Op het Forum Romanum had Maxentius een nieuwe basilica, als paleis en plaats voor rechtsspraak en handel, laten bouwen: de Basilica Nova. Constantijn nam de bouw ervan over, maar veranderde het bouwplan. Aan de zijkant werd een nieuwe toegang ontworpen en in de apsis werd een metershoog beeld van Constantijn geplaatst. Het is dit beeld waarvan de delen nu in de Capitolijnse Musea te zien zijn. Al spoedig kreeg het bouwwerk de naam Basilica Constantini.

Triomfboog van Constantijn
Detail van de Triomfboog van Constantijn

Ook de bouw van de bekende triomfboog van Constantijn was door Maxentius begonnen, als monument voor een door hem gewonnen veldslag. De bouw werd voltooid in 315. De triomfboog heeft diverse vreemde elementen.

De reliëfs komen van monumenten van Trajanus, Hadrianus en Marcus Aurelius. Constantijn liet de afbeeldingen van deze keizers zodanig bewerken, dat ze zijn uiterlijk kregen. We zien o.a. Constantijn als overwinnaar van de Parthen, terwijl hij nooit tegen de Parthen heeft gevochten.

Een nieuwe tijd van tolerantie

Beeld van Constantijn bij de York Minster

Met de komst van Constantijn begon een periode van tolerantie. Constantijn stond toe dat het monotheïstische nieuwe geloof van de christenen gelijkwaardig werd gezien aan het polytheïsme van de Romeinen. Alle geloven moesten naast elkaar kunnen bestaan en de uitoefening werd vrijgegeven. Er kwam voor de christenen een einde aan de vervolgingen. Het Christendom werd erkend. (boek blz. 75)

Constantijns moeder Helena was een christen en zijn vader Constantinus was een aanhanger van Sol Invictus. Constantijn zelf had vaak visioenen en dromen over Apollo. Hij was opgevoed met monotheïstische tendensen. (boek blz. 61)

Een andere visie is dat Constantijn bekend was met de structuur van de christelijke geloofsgemeenschappen en besloot daarvan gebruik te maken voor zijn beleid. (boek blz.76)

Ondanks de vervolgingen onder Diocletianus was het aantal aanhangers van het geloof in Jezus Christus gegroeid. Ongeveer 10% van de bevolking in de steden was bij het aantreden van Constantijn het christelijke geloof toegedaan. Op het platteland bleef het geloof in de oude Romeinse goden nog lange tijd gehandhaafd. Constantijn wilde de christenen voor zich winnen, zodat hij de stedelijke bevolking en vooral de bevolking van Rome voor zich zou winnen.

In het Edict van Milaan kregen de christenen vrijheid van godsdienst. Het is nu zo dat het Christendom staatsgodsdienst werd. Dat gebeurde pas onder keizer Theodosius.

De christenen worden bevoordeeld

Constantijn vaardigde een aantal besluiten uit die voordelig waren voor de kerk:

  1. de kerk en de clerus werd vrijgesteld van belasting
  2. het werd toegestaan om vermogen aan de kerk na te laten. Hierdoor verkreeg de kerk enorme bedragen, maar ook landerijen en gebouwen.
  3. er konden vrij kerken worden gebouwd waarvoor ook extra gelden van overheidswege beschikbaar werden gesteld.

Constantijn gaat in Rome zeer voortvarend te werk en liet verschillende grote basilica bouwen. Hiermee erkende hij de status van Rome als grote stad, maar Constantijns toekomst lag in het oosten.

Naast de kerkbouw bevorderde Constantijn de restauratie van de aquaducten, zorgde hij voor graanuitdelingen en organiseerde wagenrennen. De gladitorengevechten werden ook weer gehouden, maar in veel mindere mate. Afschaffen kon Constantijn deze geliefde spelen niet. Veel Romeinen waren er verzot op. (boek blz. 69)

De kerken die Constantijn in Rome liet bouwen, situeerde hij aan de randen van de stad. Dit om de bevolking, die nog in de traditie van het polytheïsme stond, niet voor het hoofd te stoten. (boek blz. 108 e.v.) Constantijn bouwde vier basilieken die nog steeds in Rome te bewonderen zijn. (boek blz. 105)

  1. De Sint Jan van Lateranen, gesticht in 313 ter gelegenheid van het Edict van Milaan
  2. De Sint Pieter in 324
  3. De Sint Paulus buiten de muren, eveneens in 324
  4. De Santa Maria Maggiore, waarvan de bouw rond 350 werd voltooid.

Om de bouw van dit soort grote werken te financieren gebruikte Constantijn in eerste plaats een deel van zijn eigen vermogen, daarnaast de opbrengsten van liturgieën die rijke Romeinen in de nieuwe basilieken lieten opdragen. Een derde bron van financiën waren de nalatenschappen van vermogende Romeinen en de laatste bron kwam uit publieke middelen. De opbrengst van de belastingen was onder Diocletianus weer opgebloeid. Hij reorganiseerde het leger. Bij de grenzen situeerde hij kleine eenheden die snel ter plaatse konden optreden. Dit maakte geld vrij voor andere publieke werken.

Sint Jan van Lateranen en Sante Croce in Gerusalemme

Sint Jan van Lateranen

De Sint Jan van Lateranen bestaat uit een basiliek en een baptisterium. Oorspronkelijk stond er op de plaats van de basiliek een paleis van de familie van Lateranië. Constantijn liet het paleis slopen voor de bouw van de basiliek. Het is de oudste basiliek in Rome en de zetel van de bisschop van Rome. (boek blz. 69)

Santa Croce in Gerusalemme

Op een paar honderd meter liet Constantijn in het paleis van zijn moeder Helena een basiliek inbouwen ter verering van het Heilige Kruis, dat Helena uit Jeruzalem naar Constantinopel had overgebracht. De Sante Croce in Gerusalemme bewaart tot op de dag van vandaag stukjes van het kruis  als relikwie. (boek blz. 71)

Sint Pieter's Basiliek

Tekening van oorspronkelijke Sint Pieter's Basiliek

Al voor de eerste eeuw stond er op de plek waar de Heilige Petrus begraven zou liggen een kapelletje, gesticht door paus Anacletus I. Voor het vroege christendom was deze plek niet echt van belang. Pas in de tweede helft van de tweede eeuw waren er bronnen die beweerden dat Petrus in Rome was geweest. De hedendaagse wetenschap denkt echter dat Petrus waarschijnlijk niet in Rome is geweest. Petrus was geen geletterd man, zoals Paulus. Hij sprak geen Grieks, of Latijn en vermoedelijk kon hij niet lezen of schrijven. In de Sint Pieter, onder het baldakijn van Bernini, ligt in de crypte het gebeente van een onbekende, maar niet van Sint Pieter.

Plein voor de Sint Pieter
Toegang tot Sint Pieter via de Via della Conciliazione

Het plein voor de Sint Pieter - eveneens door Bernini ontworpen - was eeuwenlang slechts toegankelijk via allerlei kleine steegjes en straatjes. Bernini wilde hiermee de grootsheid en omarming van de Katholieke Kerk symboliseren. Wie het plein voor de Sint Pieter opliep werd overvallen door de overweldigende ruimte van het plein. De colonades stonden symbool voor de omarming van de gelovigen door de Katholiek Kerk.

Mussolini heeft dit effect te niet gedaan door de aanleg van de Via della Conciliazione. Deze open verbindingsweg was het symbool voor het Concordaat dat Mussolini met de paus in 1929 had gesloten en waarbij de paus uit gevangenschap kon terugkeren naar het Vaticaan. Met het Concordaat werd het Vaticaan een onafhankelijke staat binnen Italië.

Sancti Quattro Coronati 

Basiliek van de Santi Quattro Coronati

Deze basiliek is niet door Constantijn gebouwd, maar wel van belang voor het macht van de Katholieke Kerk. In de Silvesterkapel in deze kerk zijn fresco's geschilderd van Donatio Constantini: de troonsovergave - overdracht van de wereldlijke macht -van Constantijn aan de bisschop van Rome en zijn opvolgers. De bisschop van Rome kreeg het primaat over de bisschoppen van Jeruzalem, Alexandrië, Constantionopel en Antiochië.

Op de achterwand van de kapel staat Christus afgebeeld met de apostelen. Daaronder staat het verhaal van de Schenking van Constantijn

  1. Links: Constantijn heeft uitslag en zijn adviseurs hebben hem de raad gegeven om de kinderen van de stad te doden, zodat hij in hun bloed kan baden. De moeders van de kinderen smeken de keizer dit advies niet te volgen. 
  2. Midden: Constantijn krijgt bezoek van Petrus en Paulus die hem opdragen om boden te sturen naar Silvester
  3. Rechts: De bode gaan naar de berg Soracte, waar Silvester zich verborgen houdt.
  4. Zijmuur: Keizer geeft de tiara aan Silvester en neemt de teugels van een paard in de hand.
  5. Daarnaast: Keizer leidt het paard, waarop Silvester met de tiara heeft plaatsgenomen, naar de Sint Jan van Lateranen. 

In de 14e eeuw heeft de humanist Lorenzo Valla aangetoond dat het document een verzinsel is. In de Middeleeuwen heeft het document echter een hele grote rol gespeeld voor de machtspositie van de pausen. 
Achterwand van de Silvesterkapel
Fresco in de Silvesterkapel
Fresco in de Silvesterkapel
Miniatuur van het Concilie van Nicaea
Onderin de ketter Arius

Constantijn wilde consensus tussen de bisschoppen en riep in 325 het Concilie van Nicea bijeen. Hijzelf was voorzitter. Er was controverse ontstaan over de goddelijkheid van de Vader en de Zoon. De orthodoxe bisschoppen beschouwden beiden als goddelijk en eenheid (Homoousion)

De Arianen waren van mening dat de Zoon een lagere goddelijkheid bezat omdat hij door de Vader was verwekt. Hij was niet gelijk aan de Vader (Homoiusion) (boek blz. 80)

Basiliek van Sint Paulus buiten de Muren

Basiliek van Sint Paulus buiten de Muren

Constantijn bouwde een kleine kerk waar volgens overlevering Paulus begraven lag. De kerk werd samen met de Sinter Pieter in 324 ingewijd. Later is deze basiliek vergroot en kreeg een benedictijner klooster. Ondanks alle wijzigingen in bouw heeft de basiliek zijn oorspronkelijk rechthoekige vorm met atrium behouden. De basiliek van Sint Paulus buiten de muren behoort tot een van de vier bisschoppelijk basilieken.

Basiliek van Santa Sabina

Basiliek van Santa Sabina

Deze basiliek op de Aventijn heeft nog altijd de klassieke rechthoekige vorm met drie beuken uit de vierde eeuw.

Constantinopel

Kaart van Constantinopel

Terwijl in Rome het christelijk zelfbewustzijn opkomt en de stad het centrum wordt van het christelijke geloof, vestigde Constantijn in Byzantium een nieuwe hoofdstad voor de wereldlijke macht van de keizer. Net als in Rome kreeg de stad een Senaat en velen van de elite van Rome volgden Constantijn naar de nieuwe stad.

Rond de stad liet Constantijn nieuwe muren bouwen. De stad groeide nu enorm. Latere opvolgers van Constantijn breidden de stad verder uit. Naast een Senaatsgebouw, bouwden de keizers eigen fora.

Constantijn is na zijn dood begraven in de kerk van de Heilige Apostelen in een porfieren sarcofaag. Van deze kerk is bovengronds niets meer over. Mehmet II liet op de ruïnes de Fatih moskee, waar Mehmet II werd begraven. Volgens de verhalen lagen in de kerk van de Heilige Apostelen de twaalf apostelen begraven in porfieren sarcofagen die in een cirkel staan. Constantijns sarcofaag kwam midden in die cirkel te staan.

Zuil van Constantijn
Computerreconstructie van de Zuil van Constantijn

Constantijn begon met de nieuwe hoofdstad te versieren met gebouwen, triomfbogen en zuilen. Constantinopel moest het nieuwe Rome worden. Voor zichzelf liet hij een zuil oprichten met bovenop een beeld van hemzelf, maar het beeld zou ook lijken op Christus of Apollo.

Rondom de zuil bouwde Constantijn een forum. In de nissen stonden rondom beelden. Deze beelden zijn goed gedocumenteerd. In 1204 namen kruisvaarders de beelden mee naar Venetië.

Op de plek van het huidige Sultan Ahmed plein verrees het Hippodroom een stadion voor 90000 toeschouwers. Langs de spina werd obelisken opgericht, o.a. Theodosius I liet een obelisk uit Egypte overbrengen naar Constantinopel.

Gravure van het Hippodroom met de Slangenzuil

Ook de slangenzuil van het Orakel van Delphi kreeg een plaats op de spina. De koppen van de drie slangen zijn rond 1700 verdwenen. In het museum ligt nog slechts een gedeelte van een van de koppen dat bij opgravingen te voorschijn is gekomen. Bij de wagenrennen ging het er veel heftiger aan toe, dan in Rome. Regelmatig liepen de wedstrijden uit op rellen en vechtpartijen tussen de verschillende facties.

Rome na Constantijn

Keizer Julianus

In Rome groeide het Christendom. Toen Julianus Apostata - een neef van Constantijn - aan de macht kwam in 381 werden een groot deel van de privileges die Constantijn aan de kerk en haar hoogwaardigheidsbekleders had toegekend te niet gedaan. O.a. moest de kerk belasting gaan betalen. Onder Julianus' bewind werd de groei van het Christendom gestuit. Hij wilde terug naar het oude polytheïsme van het oude Rome. Zijn bewind was van korte duur. Hij heeft slechts twee jaar geregeerd. Volgens de schrijver Ammianus Marcellus was Julianus de laatste grote leider die vasthield aan de oude normen en waarden. Hij vergeleek Julianus met Phaedo van Plato.